Posted on

Formatief evalueren

Nog een paar weken en dan is het schooljaar al weer voorbij. Waarschijnlijk ben je nu druk met het afronden van het schooljaar. Afnemen van toetsen, rapporten maken en rapport gesprekken voeren. Op wat voor manier doe je dit? En vooral: Waarom doe je dit?

De laatste jaren krijgen steeds meer leerkrachten het idee dat toetsen op een andere wijze moeten worden ingezet binnen het basisonderwijs. Het moet geen afrekening zijn, maar een startpunt van waaruit kinderen verder kunnen. Een term die hierbij veel gebruikt wordt, is formatief evalueren.
Bij formatief evalueren richt je je veel meer op het leerproces dan op het leerproduct. Het gaat erom inzicht te krijgen in waar een kind staat (Feed Back), waar het naartoe gaat (Feed Up) en wat hij of zij nodig heeft om de volgende stap te maken (Feed Forward). William & Thompson (2007) onderscheiden hierbij vijf kernactiviteiten.

1. Leerverwachtingen en succescriteria verhelderen en delen

Bij deze activiteit gaat het erom duidelijk te krijgen wat de leerdoelen zijn en welke succescriteria er gelden. Door het stellen van leerdoelen weten kinderen waar ze naartoe werken. Belangrijk hierbij is dat ze ook weten wat het belang is van hun doel. Als duidelijk is wat en waarom ze moeten leren, komt de vraag wanneer ze dit doel bereikt hebben. Deze succescriteria geven de leerlingen en de leerkracht houvast. Het bekijken van (goede en minder goede) voorbeelden en samen met de leerlingen afleiden van succescriteria blijken hierbij effectieve manieren (Carless, 2016, Sadler, 2010).

2. Ontwikkelen van effectieve discussies, vragen en leertaken

Hierbij gaat het om het creëren van nieuwe kennis. Je moet dus vragen stellen die leerlingen aan het denken zetten of die jou als leerkracht informatie oplevert waarmee je je instructie kunt aanpassen. Door de juiste vragen te stellen op het juiste moment kun je direct aansluiten op de leerbehoefte van je leerling en niet pas achteraf, zoals bij het nakijken het geval is. Om ervoor te zorgen dat alle kinderen betrokken zijn, kun je gebruik maken van bijvoorbeeld een beker met ijslollystokjes met hierop de namen van alle leerlingen. Zo weten alle kinderen dat ze een beurt kunnen krijgen en niet alleen als je je vinger opsteekt. Om ervoor te zorgen dat je een beeld krijgt van de hele klas en niet alleen van de leerling die een beurt krijgt, kun je ook een wisbordje inzetten. Op deze manier kun je in een keer eventuele aandachtspunten van de hele klas signaleren.

Effectieve feedback zet aan tot leren

3. Feedback geven die leerlingen vooruithelpt

Effectieve feedback zet aan tot leren. Uit onderzoek van Butler (1988) blijkt dat kinderen bij het krijgen van een cijfer met een opmerking eerst naar het cijfer kijken en vervolgens naar het cijfer van de buurman. De opmerking wordt genegeerd. Dit cijfer geeft de leerling onvoldoende houvast en zet niet aan tot nadenken. Een opmerking die de leerling inzicht geeft in wat hij of zij moet doen om te verbeteren geeft wel aanzet tot leren. Een voorbeeld is dat je tegen een leerling zegt dat hij of zij nu foutloos sommen t/m 20 kan oplossen en nu mag proberen dit binnen een bepaalde tijd te doen door gebruik te maken van de verdubbelstrategie.

4. Activeer leerlingen om eigenaar te worden van hun eigen leerproces

Door de verantwoordelijkheid voor het leren voor een groot deel bij de leerling te leggen, zorg je voor een hogere motivatie bij de leerling. Dit draagt ook bij aan een positiever zelfbeeld bij de leerling. Dit kan bijvoorbeeld door de leerling zelf keuzes te laten maken waaraan gewerkt wordt of door zelf te laten bepalen wanneer een instructie begrepen is. Je kunt hierbij denken aan het gebruik van een groen en rood kaartje tijdens de uitleg. Als een leerling de uitleg begrijpt legt hij of zij het groene kaartje neer. Als de uitleg (nog) niet begrepen wordt, legt hij of zij het rode kaartje neer.

5. Activeer leerlingen om elkaar als instructiebron te zien

Naast leren van de leerkracht of zichzelf kan een leerling ook veel leren van de feedback van medeleerlingen. Ook de leerling die de feedback geeft, leert hiervan. Als een leerling het werk van een medeleerling beoordeelt, zijn ze gedwongen de gebruikte rubric te begrijpen zonder dat ze er emotioneel bij betrokken zijn omdat het hun eigen werk betreft. De leerling die de feedback ontvangt is vaak ook meer betrokken als de feedback van een medeleerling komt.

Met de inzet van deze vijf kernactiviteiten zorg je ervoor dat de evaluatie waardevolle informatie oplevert om het leren van je leerlingen verder te stimuleren en dat het geen afrekening wordt. Misschien iets om eens in je vakantie rustig over na te denken?
Fijne vakantie!

Gebruikte bronnen:

Black & William (2009), Developing the theory of formative assesment
Carless (2016), Feedback as Dialogue. Encyclopedia of Educational Philosophy and Theory (1-6)
Butler, R. (1988). Enhancing and undermining intrinsic motivation. British Journal of Educational Psychology, 58, 1–14
Damhuis C. (2015), Formatieve evaluatie in het leesonderwijs, Tjdschrift Taal jaargang 6 nummer 9
Ryan, R. M., & Deci, E. L. (2000). Self-determination theory and the facilitation of intrinsic motivation, social development, and well-being. American psychologist, 55(1), 68.
Sadler (2010), Beyond Feedback:developing student capability in complex appraisal
William & Thompson (2007), Integrating assessment with instruction: What will it take to make it work?
Leahy, Lyon, Thompson en William (2005), Classroom Assessment: Minute by Minute, Day by Day

Posted on

Het Pygmalion-effect

Deze keer een blog van Kinheim auteur Renate Hoogendoorn. Zij schreef samen met Natascha Valen de Kerndoeltrainer Begrijpend Lezen.


Lezen is al van jongs af aan een van mijn favoriete bezigheden. Ik maak graag tijd vrij om lekker te lezen. Heerlijk op de bank of buiten in het zonnetje. Van psychologische thriller tot kinderboek of praktisch studieboek. Tijdens mijn middelbare-schoolperiode heb ik veel gehoord en gelezen van de Griekse mythologie. Interessante en vaak wel bizarre verhalen vond ik het, met soms een wijze les waar ik verder over na kon denken. Laatst stuitte ik bij toeval op het verhaal van Pygmalion. Een mythe die ik nog niet kende. Het was de link naar het onderwijs die me triggerde.

De beeldhouwer Pygmalion maakte een ivoren vrouwenbeeld. Volgens hem was dit de perfecte vrouw en hij werd zelfs verliefd op zijn eigen gemaakte beeld. Op een dag sprak hij de wens uit dat hij een vrouw wilde als zijn ivoren exemplaar. Het beeld kwam tot leven. De hoge verwachting van Pygmalion werd werkelijkheid.

Het effect van de verwachtingen van de leerkrachten was duidelijk.

Hoge verwachtingen

Robert Rosenthal en Leonore Jacobsen deden in 1968 een onderzoek (Rosenthal & Jacobsen, 1968). Zij namen een IQ-test af bij een groep leerlingen. Van een aantal -willekeurig gekozen- leerlingen zeiden ze tegen de leerkrachten dat het ‘bloomers’ waren: kinderen die een groeispurt in hun cognitieve ontwikkeling zouden gaan doormaken. Toen alle leerlingen later wederom getest werden, scoorden de ‘bloomers’ beduidend hoger dan andere leerlingen met een vergelijkbaar IQ. Het effect van de verwachtingen van de leerkrachten was duidelijk. Zij behandelden leerlingen op een andere manier, gebaseerd op hun verwachtingen van de leerlingen.

Het Pygmalion-effect c.q. Rosenthal-effect houdt in dat je als leerkracht -bewust of onbewust- hoge verwachtingen van leerlingen hebt en daarmee de prestaties van de leerlingen positief kunt beïnvloeden. De negatieve tegenhanger staat bekend als het Golem-effect.

Communicatie

Pas dit maar eens toe op jezelf. Iemand spreekt je verwachtingsvol toe, zegt dat jij jouw vak als geen ander verstaat. Hierdoor groei je, doe je er een tandje bij of stel je misschien weer nieuwe doelen. Zo kun je verder komen dan je wellicht ooit gedacht of gehoopt had. Zo werkt het dus ook bij leerlingen, studenten en cliënten.

Het klinkt voor de hand liggend, maar tegelijkertijd zijn er genoeg valkuilen te benoemen. Het zit ‘m voornamelijk in de communicatie, zowel verbaal als non-verbaal. Sommige leerlingen krijgen heel vaak een beurt, anderen komen nauwelijks aan bod. De een krijgt wel drie keer uitleg van de lesstof, terwijl een ander het maar even zelf moet gaan proberen. De juf reageert duidelijk anders op de ene klasgenoot dan op de andere. Een blik of een knik zegt al heel veel. Bekijk het eens voor ieder afzonderlijk kind in je klas of praktijk. Welke boodschap krijgt het mee? Welke verwachtingen heb je?

Groeien

Net als bij een mythe, zou je uit dit verhaal een wijze les kunnen halen. Als leerkracht heb je heel veel invloed. De prestaties van jouw leerlingen hebben te maken met jouw verwachtingen. Ook onbewust breng je signalen over, wees je daar als leerkracht bewust van. Observeer en reflecteer en laat ieder kind groeien!

Gebruikte bronnen:

vernieuwenderwijs.nl

onderwijskennis.nl

pedagogischestudien.nl

wikipedia.org

wij-leren.nl

Posted on

Uit mijn winterslaap

Als ik deze blog schrijf, schijnt de zon en zie ik de eerste narcissen, sneeuwklokjes en hyacinten tevoorschijn komen. De lente is begonnen! Wat heb ik daarnaar verlangd. Aangezien ik nu veel thuis werk en minder sociale contacten heb, ben ik meer aan huis gekluisterd. Des te fijner om dan lekker naar buiten te kunnen en daar te genieten van de natuur die ontwaakt uit zijn winterslaap. Fluitende vogels, spelende lammetjes in de wei en dus de eerste voorjaarsbloemen tevoorschijn zien komen. En ik ben niet de enige die hiervan geniet.

Samen Werk

Hoewel het lijkt of we deze afgelopen periode van lockdown, net als de natuur, ook een winterslaap hebben gehouden, hebben wij bij Kinheim niet stilgezeten. De afgelopen periode is er juist veel nieuw materiaal uitgekomen. Ook materiaal dat je misschien niet van ons verwacht. Onze werkboeken kenmerken zich namelijk veelal door de mate van zelfstandigheid waarmee leerlingen ermee aan de slag kunnen. Nu hebben we een boek waar kinderen juist niet zelfstandig mee aan de slag gaan, maar met jou als onderwijsprofessional of ouder in samenwerkt; Samen Werk Leeshulpjes.

Het leren lezen gaat niet bij iedereen vanzelf

Kleine beestjes

Het leren lezen gaat niet bij iedereen vanzelf. Soms heeft een kind daar extra hulp bij nodig. Om dit op een leuke en verrassende manier te doen, heeft Erna Slingerland het eerste boek van deze nieuwe serie geschreven. Met de hulp van haar prachtige foto’s van kleine beestjes worden allerlei leesmoeilijkheden, zoals de d/p/b, woorden eindigend op –a, -u, -o en dubbelklanken geoefend. Op de linkerpagina staat de uitleg voor begeleiding met vaak de letterlijke tekst die je tegen het kind kunt zeggen. Op de rechterpagina staat een grappige tekst met hierin de leesmoeilijkheid verwerkt. Als je nieuwsgierig bent geworden, kun je hier een preview bekijken. Via de website zijn bijpassende werkbladen te bestellen waarmee de kinderen wel zelfstandig een bepaalde leesmoeilijkheid kunnen inoefenen. Auteur Erna Slingerland is ambulant begeleider lees- en spellingproblematiek. Zij weet dus als geen ander wat er allemaal komt kijken bij het aanpakken van leesproblemen.

Genieten

Ik vind het erg leuk om, naast de ontwakende natuur, ook op mijn werk nieuw materiaal te zien ontstaan. En hopelijk kunnen jullie met deze Leeshulpjes in de praktijk net zo genieten als ik van de eerste voorjaarstekenen!

 

Posted on

Word ik gezien?

Sinds 1 december 2020 is het verplicht voor iedereen vanaf 13 jaar om een mondkapje te dragen in openbare ruimtes. Op deze manier proberen we met elkaar te voorkomen dat het coronavirus zich nog verder verspreid. Een goede zaak lijkt mij, maar ik vind het wel lastig. Ik herken niemand als ik in de winkel loop en non-verbale signalen zijn moeilijk te zien. Even een glimlach naar die oude man die je tegenkomt, zodat hij zich gezien voelt. Met een mondkapje komt dit niet goed over.

Mondkapjes in gevangenissen

Voor gevangenen is het verboden om een mondkapje te dragen . Bewakers kunnen dan lastig de emoties van de gevangen inschatten. Dit is juist zo belangrijk voor hun werk, want op deze manier kunnen ze escalaties voorkomen. Gevangenen zijn het hier niet mee eens. Ook zij willen zich goed kunnen beschermen. Dit is een lastige discussie. Uiteraard hebben zij ook recht op bescherming, maar dit geldt ook voor de bewakers. Beiden willen gezien worden.

Iedereen moet gezien worden

Klassen

De kinderen uit de veelbesproken serie Klassen van Sarah Sylbing en Ester Gould willen ook gezien worden. Helaas blijkt dit nog niet altijd zo te zijn. Hoe belangrijk is de plaats waar je wordt geboren op je toekomst? De serie legde bloot dat deze invloed nog steeds groot is. Een trieste constatering anno 2021. Kinderen met dezelfde talenten krijgen niet dezelfde kansen. Mooi was om te zien dat er leerkrachten, bestuurders en wethouders zijn die zich met hart en ziel inzetten om deze kinderen wel gezien te laten worden. Professionals die alles uit de kast halen om deze kinderen de mogelijkheden te bieden waar ze recht op hebben, ongeacht hun achtergrond. Hopelijk is deze serie een eyeopener voor een hoop mensen. Iedereen moet gezien worden. Er moeten ongelijke kansen komen om zo gelijke kansen te creëren.

Samen

Van de mondkapjes zijn we voorlopig nog niet af, denk ik. Maar laten we er wel met elkaar voor zorgen dat iedereen zich gezien voelt. Met of zonder mondkapje en met of zonder een gouden wieg.

p.s. Ook bij Educatieve Uitgeverij Kinheim hopen we dat met ons materiaal ieder kind zich gezien voelt.

Posted on

Ieder z’n steentje

In juni schreef ik de eerste blog voor Kinheim. Deze ging onder andere over de veranderingen tijdens de Coronacrisis. Inmiddels zijn we vijf maanden verder en helaas is het Coronavirus nog niet verdwenen. Momenteel is het virus zelfs weer enorm opgelaaid. Het dashboard van de Rijksoverheid slaat rood uit. Alle alarmbellen rinkelen. De zorg knarst en kraakt. Een volledige lockdown hangt boven ons hoofd. Hoe kan een ieder z’n steentje bijdragen?

Scholen sluiten

Hoe kan het toch weer zo ver zijn opgelopen? Hoe hebben we dit laten gebeuren? En hoe gaat dit aflopen? Allemaal vragen die bij je opkomen als je het nieuws leest of hoort. Bij de eerste golf werden al vrij snel de scholen gesloten. Dit kwam mede door de grote druk van de maatschappij. Het was nog onduidelijk welke rol de scholen in de verspreiding van het virus hadden en veel mensen waren bezorgd over de veiligheid van de kinderen en het personeel. Inmiddels is er al veel meer duidelijk en wordt geprobeerd de scholen zo lang mogelijk open te houden. De invloed van kinderen in de verspreiding van het virus lijkt beperkt en de schade die er is opgelopen in de eerste golf lijkt hoger dan de baten.

Er is geen doosje vol met leerkrachten waar je als directeur uit kunt grabbelen.

Vervangingsprobleem

Gelukkig kan er nu ook getest worden. Ondanks de voorrang die leerkrachten hebben bij het testen kan dit al gauw een paar dagen duren. Dan moet er een oplossing gezocht worden voor die groep leerlingen die zonder leerkracht zit. En laat dat nu het probleem zijn. Er is geen doosje vol met leerkrachten waar je als directeur uit kunt grabbelen. Alle contacten worden aangeboord om iemand voor de groep te kunnen krijgen. Zo ben ik ook weer benaderd om in te vallen op mijn oude school. Er was met spoed iemand nodig die een aantal weken voor de kleutergroep wilde staan. Er was van alles geprobeerd, maar niemand te vinden. Grote paniek! Toen ik dit hoorde, kon ik het niet laten om bij te springen. Een groep kinderen een aantal weken twee dagen in de week zonder leerkracht en oud-collega’s in paniek waren voor mij reden genoeg. Gelukkig is er inmiddels een oplossing gevonden, maar hoe gaat dit in de komende periode? Dit is toch al een periode dat veel mensen griep krijgen.

Gelukkig houden heel veel mensen zich keurig aan de maatregelen.

Ieder z’n steentje

Wat kunnen wij hieraan doen? Wellicht kun je ook overwegen wat extra te werken. Niet alleen in het onderwijs, maar ook in de zorg staan ze te springen om extra krachten. Zo las ik het initiatief van horecaondernemingen in Breda. Zij gaan personeel leveren aan zorginstellingen. Mooi toch? Ik begrijp ook dat dit niet voor iedereen mogelijk is. Wat wel iedereen kan doen is ervoor zorgen dat je je zoveel mogelijk aan de maatregelen houdt. Op deze manier zorgen we ervoor dat het virus weer onder controle komt en zo het aantal besmettingen terugloopt. Gelukkig houden heel veel mensen zich keurig aan de maatregelen. Toch gaat het ook af en toe nog mis, zoals bij het houden van illegale feesten waar honderden mensen op af komen. We zullen dit echt met z’n allen moeten doen. En zoals met zoveel begint het allemaal bij jezelf. Als iedereen zijn steentje bijdraagt waar mogelijk èn zich zoveel mogelijk aan de maatregelen houdt, dan kunnen we ons hopelijk gauw weer richten op andere zaken.

Posted on

Eén, twee, drie, vier, boekje van papier…

Deze keer een blog van Kinheim auteur Renate Hoogendoorn. Zij schreef samen met Natascha Valen de serie Kerndoeltrainer Begrijpend Lezen.

Als ik mensen vertel dat ik werkboekjes bij een educatieve uitgeverij schrijf, krijg ik diverse reacties. Van ‘Wat leuk!’ tot ‘Tóch weer iets met onderwijs, hè!’ tot ‘Gebruiken ze nog boekjes, hoe ouderwets is dat? Ze werken tegenwoordig toch allemaal op de computer?’

Bijna alles staat op en kan met dat ene apparaat. Lekker makkelijk en vooral overzichtelijk, toch?

Een apparaat

Zullen papieren versies van boeken langzamerhand verdwijnen of blijven ze in beeld? Ik hoop het laatste. Dat kinderen veel tijd doorbrengen achter een beeldscherm weten we wel. Zowel thuis als op school is dit niet meer weg te denken. Superhandig ook. Geen gedoe meer met verschillende werkboeken en losse schriftjes. Ook ziet de leerling meteen welke som fout is en kan de leerkracht hier direct op inspelen. Bijna alles staat op en kan met dat ene apparaat. Lekker makkelijk en vooral overzichtelijk, toch?

Leesvaardigheid

Het is echter niet goed gesteld met de leesvaardigheid van onze jeugd. Met begrijpend lezen komen wij in Nederland steeds verder onderaan de lijst te staan. En dat terwijl we een van de weinige landen zijn die apart begrijpend-leesonderwijs geven. Begrijpend lezen staat bij veel kinderen niet in de top tien van leukste vakken op school. Moeilijk en saai zijn veelgebruikte woorden bij beoordelingen van leerlingen. We hopen het misschien minder vervelend te maken door ze te laten werken op de computer of tablet. In het blog van september schreef Marloes over leesmotivatie. De inhoud en het niveau van een tekst zijn belangrijk. Hier wil ik het aanbieden van teksten op papier aan toevoegen.

Het werken op papier levert in het geval van begrijpend lezen zeker voordelen op en komt het tekstbegrip ten goede.

Papier of scherm?

In tegenstelling tot lezen vanaf een beeldscherm, zorgt een tekst op papier ervoor dat je brein de tekst dieper verwerkt. Als je van papier leest, kun je het beter onthouden. Ook weet je waar iets ongeveer in de tekst staat, dus kun je makkelijker terugzoeken. Net als bij bijvoorbeeld schrijven zorgt de handeling ervoor dat het beter in je geheugen blijft zitten. Het vergt concentratie, geduld en discipline om een lange tekst te lezen. Dit oefen je eigenlijk al als je met een tekst op papier aan de slag gaat . Op een beeldscherm scroll je gemakkelijker door de tekst en kun je sneller afgeleid raken door andere zaken.

Belangrijke woorden markeren of onderstrepen gaat op papier veel makkelijker. Je kunt kernwoorden, uitroeptekens en vraagtekens noteren. Of vakken tekenen om inleiding, kern en slot. Kortom het werken op papier levert in het geval van begrijpend lezen zeker voordelen op en komt het tekstbegrip ten goede. Lees hierover meer in de blogs op Kennislink  en Didactief.

Toekomst

Feit blijft dat ‘onze kinderen’ er niet zo goed in zijn en dat ze het lastig of vervelend vinden. Laten we er dan in ieder geval voor zorgen dat ze ook vandaag de dag én in de toekomst kunnen werken in ‘old school’ papieren boekjes met aansprekende teksten. Dat doel hadden wij in ieder geval voor ogen met de Kerndoeltrainer Begrijpend Lezen bij Educatieve Uitgeverij Kinheim. Met als resultaat vijf spiksplinternieuwe werkboeken voor iedere groep in het basisonderwijs. Hopelijk zorgen ze voor betere resultaten en vooral meer leesplezier, deze boekjes van papier!

Posted on

Begrijpend lezen met plezier

Hoewel de zomervakantie voorbij is gevlogen, is het ook wel weer heerlijk om aan de slag te gaan. De klas weer leuk inrichten, soms wat nieuwe spulletjes kopen, samen plannen maken voor het nieuwe schooljaar, nieuwe kinderen leren kennen en die interessante cursus volgen. Weer genoeg motivatie om enthousiast aan dit schooljaar te beginnen. Deze motivatie ontbreekt vaak als het om begrijpend lezen gaat bij kinderen. Ze beginnen al te zuchten als ze het op het rooster zien staan. Hoe komt dat toch? En vooral hoe kan dit anders?

Als je niet met plezier aan de slag gaat met een tekst zul je minder gemotiveerd zijn om de tekst goed te begrijpen.

Uit onderzoek van PIRLS blijkt dat in Nederland het leesplezier van een 10-jarige erg laag is in vergelijking met andere landen. En leesplezier is juist zo belangrijk voor de ontwikkeling van de leesvaardigheid. Als je niet met plezier aan de slag gaat met een tekst zul je minder gemotiveerd zijn om de tekst goed te begrijpen. Zaak dus om dit leesplezier te verhogen.

Interesse

Zo blijkt uit onderzoek dat het voor het leesplezier belangrijk dat het onderwerp van de tekst aansluit bij de interesse van het kind. Een tekst over hypotheken zal bij de meeste kinderen minder aanspreken dan een verhaal over gamen. Uiteraard is dit ook per kind heel verschillend. Fijn is het dan ook als er veel verschillende onderwerpen worden aangeboden. Zo is er altijd wel iets bij dat het kind aanspreekt.

Competent

Daarnaast moet het kind zich ook competent voelen om de tekst te begrijpen. Zowel het technisch niveau (AVI) als het begripsniveau (CLIB) van de tekst moet dan ook niet te hoog, maar ook zeker niet te laag zijn. Belangrijk is dus om te weten wat het niveau van het kind is, zodat je hier net iets boven kan gaan zitten. Als het voor het kind nog lastig is om de tekst technisch te lezen, kun je de tekst eerst een keer voorlezen. De technische verwerking kost dan minder moeite, zodat het kind meer ruimte overhoudt voor het begrijpen van de tekst. Uiteraard moet ook het inhoudelijke niveau van de tekst niet te moeilijk zijn, maar ook niet te makkelijk. Anders haakt een kind alsnog af.

Autonoom

Verder is het ook bevorderlijk voor de motivatie als een kind zich autonoom voelt. Dat deze het gevoel heeft dat het zelfstandig beslissingen kan nemen.  Om tegemoet te komen aan deze autonomie kun je het kind betrekken bij het uitkiezen van de teksten en de invulling van de les.

Sociale verbondenheid

Ook sociale verbondenheid bevordert de motivatie. Zo kun je met elkaar over teksten en boeken praten en kinderen laten samenwerken bij een begrijpend leesles. Tenslotte kan de motivatie ook worden bevorderd door het koppelen van concrete activiteiten aan de leesles. Het bezoeken van een molen bijvoorbeeld na of voorafgaand aan het lezen van een tekst over de werking van molens.

Als ik er zo over nadenk, werkt dit bij ons niet veel anders.

En wij dan?

Als ik er zo over nadenk, werkt dit bij ons niet veel anders. Ook wij hebben na de vakantie weer zin om aan de slag te gaan, omdat we graag met kinderen werken (interesse). We weten wat ons te doen staat, hoe we dit gaan aanpakken of we volgen een cursus (competent). We vinden het heerlijk om ons klaslokaal in te richten zoals wij dat willen (autonomie). En we maken samen met collega’s plannen voor het nieuwe schooljaar (sociale verbondenheid).

Materiaal

Ben je op zoek naar aanvullend materiaal begrijpend lezen om te gebruiken naast je methode, bekijk dan eens onze nieuwste uitgave Kerndoeltrainer Begrijpend Lezen .

De teksten die hierin gebruikt zijn, gaan over onderwerpen die aansluiten bij de interesse van de kinderen. Het zijn afwisselende teksten, zodat er voor iedereen wel wat bij zit. Door gebruik te maken van het leerlijnenoverzicht achterin het boek kun je ervoor zorgen dat de les precies aansluit op het niveau van het kind. De kinderen kunnen de lessen ook samen maken, zodat er sociale verbondenheid ontstaat.

 

Gebruikte bronnen:

PIRLS Gubbels, 2017

Brozo & Flynt, 2008

Gambrell, 2011

Gibb & Guthrie, 2008

Guthrie & Wigfield, 2001

Posted on

Onderwijsachterstanden door thuisonderwijs?

Heeft thuisonderwijs voor achterstand, voorsprong of ongelijkheid gezorgd?

Het thuisonderwijs was nog maar net opgezet of er werd al beweerd dat kinderen onderwijsachterstanden opliepen. Lekker motiverend als je je een slag in de rondte werkt om het zo goed mogelijk op te zetten met de beperkte middelen en mogelijkheden die je hebt. Waar is deze bewering eigenlijk op gebaseerd? Is dit echt zo?

Als je spreekt van onderwijsachterstanden dan rijst eerst de vraag: wat is een onderwijsachterstand? Je spreekt van een onderwijsachterstand als een kind achter loopt op de gemiddelde onderwijsprestatie van leeftijdsgenoten. Hierbij wordt dan vooral het curriculum centraal gesteld en niet zozeer het kind. Want kan een kind wel een achterstand hebben? Ieder volgt toch zijn eigen ontwikkeling?

Kansenongelijkheid vind ik in deze dan ook een betere term. Niet ieder kind heeft tijdens deze coronacrisis dezelfde kansen gekregen. Als jouw ouders je niet konden helpen, als er geen rustige ruimte was om je thuiswerk te doen, als er zorgen in huis waren dan heb je niet dezelfde kansen gekregen als kinderen waarbij dit niet aan de hand was.

Gelukkig stelt de Rijksoverheid extra geld beschikbaar voor het onderwijs als ondersteuning voor kinderen die dat door de coronacrisis nodig hebben.

Nu zijn de scholen aan zet om deze gelden op een goede manier in te zetten.

Dit is een goede stap. Nu zijn de scholen aan zet om deze gelden op een goede manier in te zetten. De PO-raad heeft een handige kaart ontwikkeld die scholen kunnen gebruiken bij het opzetten van passende ondersteuningsvormen voor de kinderen die extra ondersteuningsbehoefte hebben na de coronacrisis.

Volgens een peiling van de AVS onder schoolleiders valt het juist wel mee met de achterstanden. Bijna 90% van de schoolleiders geeft aan dat de voortgang van de meeste kinderen vrij constant is. Misschien zijn er ook wel kinderen die juist een voorsprong hebben opgelopen deze periode? Kinderen die veel meer individuele aandacht kregen, die in een prikkelarme omgeving konden werken of kinderen die vooruit konden werken. Daarnaast hebben kinderen wellicht ook allerlei andere vaardigheden geleerd die nodig waren bij het thuiswerken. Je kunt hierbij denken aan plannen, organiseren en doorzetten.

Door met elkaar kinderen te helpen die niet alle kansen hebben gekregen tijdens de coronacrisis en te kijken wat we kunnen leren van kinderen die juist enorm vooruitgegaan zijn deze afgelopen periode kunnen we het onderwijs nog beter afstemmen op de behoefte van ieder kind!

 

Posted on

Tijd voor verandering!?

Na ruim 17 jaar heb ik afgelopen schooljaar afscheid genomen van het onderwijs. Het was een moeilijke beslissing, want ik heb het werk altijd met veel plezier gedaan. Maar soms komen er kansen voorbij die je moet grijpen. Dat was deze baan bij een prachtige educatieve uitgeverij. Natuurlijk was het een enorme spannende stap. Kan ik dat wel? Zal ik de kinderen niet enorm gaan missen? En mijn lieve collega’s? Ik had al die jaren een bepaalde routine opgebouwd en moest hier ineens van afwijken.

Flinke verandering

Het voelde als een ingrijpende stap, nadat je jaren van zekerheid hebt gehad. Het scheelde dat ik al een dag in de week werkzaam was bij Kinheim. De collega’s en werkplek kende ik al. Wel ging ik ook andere werkzaamheden uitvoeren. Gelukkig was er vanuit het bedrijf veel vertrouwen en kreeg ik alle kans om aan de nieuwe situatie te wennen. We zijn ook met heel veel leuke en uitdagende dingen bezig, dus ik begon mijn draai te vinden.

Wat komt er allemaal op hen af?

Corona

Maar toen kwam Corona. Ineens gingen alle scholen dicht en moest er thuisonderwijs gegeven worden. Mijn gedachte gingen snel naar mijn oud-collega’s. Wat komt er allemaal op hen af? Hoe gaan ze dat allemaal regelen? Gelukkig kon ik ook op mijn werk proberen scholen te ondersteunen met extra materiaal. Maar toch voelde ik me schuldig. Ik wist hoe hard ze nu aan het werk moesten en zouden gaan om het beste voor de kinderen te regelen. Ik had er alle vertrouwen in dat dit hen ging lukken, maar ik had ze graag geholpen.

Gelukkig heb ik zelf twee kinderen en kon ik mijn juffenskills op hen (proberen te) etaleren. Zo gaf ik iedere week een begrijpend leesles aan mijn dochter en haar vriendinnen via de computer. Mijn dochter is gelukkig in de leeftijd dat ze dit nog leuk vindt. Mijn zoon van 13 is iets minder gediend van mijn “goede” tips. Hij is erg zelfstandig en werkte veel samen met een klasgenoot. Maar voor even een kleine vraag of overhoren wist hij me gelukkig wel te vinden.

Sowieso hadden we als gezin ineens meer tijd voor elkaar. We hoefden ’s avonds niet meer snel te eten, omdat er een moest gaan sporten. De weekenden waren ook ineens helemaal vrij.

Mooi zou het zijn als we na alle ellende die de Coronacrisis heeft veroorzaakt ook positieve dingen kunnen meenemen uit deze crisis.

Terug naar normaal

Langzaam gaan we nu weer stappen zetten om terug naar normaal te gaan. Hoewel uiteraard de vraag is wat normaal is en of we ooit weer helemaal teruggaan naar hoe het was. Mooi zou het zijn als we na alle ellende die de Coronacrisis heeft veroorzaakt ook positieve dingen kunnen meenemen uit deze crisis. Instructiefilmpjes opnemen, zodat leerlingen deze altijd kunnen terugzien als ze daar behoefte aan hebben. Lessen streamen, zodat leerlingen die niet naar school kunnen toch instructie kunnen volgen. Kinderen meer vrijheid geven in het plannen van hun werkritme. Maar wellicht ook dingen in je privéleven, zoals meer tijd nemen voor jezelf en je gezin. Niet alles helemaal vol plannen.

Zelf heb ik in ieder geval in deze periode geleerd dat veranderingen helemaal niet eng zijn. Natuurlijk mis ik de leerlingen en collega’s van mijn oude school. Maar gelukkig heb ik nog wel regelmatig contact en heb ik inmiddels ook weer leuke nieuwe contacten opgebouwd.

Door veranderingen gewoon te ondergaan, kunnen er zelfs hele mooie dingen gebeuren. Ik heb mijn draai inmiddels gevonden binnen mijn nieuwe werk en we zijn in deze Coronacrisis als gezin echt dichter naar elkaar toegegroeid.

Welke dingen zou jij graag meenemen uit de afgelopen periode? Laat je ideeën gerust achter op onze Facebookpagina.

Marloes werkt parttime als auteur bij Educatieve Uitgeverij Kinheim. Samen met een collega-auteur houdt zij zich onder andere bezig met de Kerndoeltrainer rekenen. Naast haar werk en gezin volgt ze de Master Onderwijswetenschappen.

Wil je maandelijks op de hoogte blijven van de ontwikkelingen binnen Kinheim? Schrijf je dan hier in voor de nieuwsbrief.